“Eenieder die Allah ontmoet zonder dat hij iets naast Hem heeft aanbeden, zal het Paradijs binnengaan en eenieder die Hem ontmoet terwijl hij anderen naast Hem heeft aanbeden, zal het Vuur binnengaan.”
In Sahih Bukharie en Sahih Muslim staat overgeleverd dat Anas ibn Malik (moge Allah tevreden met hem zijn) heeft overgeleverd dat de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) tegen Mu’adh (moge Allah tevreden met hem zijn) de bovenstaande woorden heeft gezegd.
Klik op de afbeelding om het in de juiste grootte te zien.
Bekijk ook andere kaarten: hadith kaarten.