“De eigenaar van dit huis (en hij wees naar het huis van Abdullah) heeft gezegd: “Ik vroeg de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem): “Welke daad is het meest geliefd bij Allah?” Hij antwoordde:
“Het gebed op de vastgestelde tijdstippen verrichten.”
Abdullah vroeg, “Wat daarna?” De ProfeetĀ zei:
“Gehoorzaamheid aan de ouders.”
Abdullah vroeg, “Wat daarna?” De Profeet zei:
“Deelnemen aan de Jihad voor de zaak van Allah.”
Abdullah voegde toe: “De Profeet vertelde me deze zaak en als ik meer had gevraagd, dan had hij me meer verteld.”
In Sahih Bukharie staat deze overlevering van Al-Walid bin Aizar dat hij Abu Amr Ash-Shaibani (moge Allah met hen beiden tevreden zijn) het bovenstaande heeft horen overleveren.